astronautiek

Dutch

Etymology

Borrowed from French astronautique. Predates astronaut by more than two decades.

Pronunciation

  • IPA(key): /ˌɑs.troː.nɑu̯ˈtik/
  • Hyphenation: as‧tro‧nau‧tiek
  • Rhymes: -ik

Noun

astronautiek f (uncountable)

  1. (now uncommon) astronautics [from late 1920s]
    • 1928 February 4, "Een „astronautiek”-prijs", Algemeen Handelsblad, evening edition, part 2, page 5.
      De beide uitvinders stellen elk jaar vijfduizend francs beschikbaar voor dengene die door zijn onderzoekingen het probleem van de „astronautiek”, het reizen naar en tusschen andere hemellichamen, dichter bij zijn oplossing brengt!
      (please add an English translation of this quote)
    Synonym: ruimtevaart
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.