draaideurcrimineel

Dutch

Etymology

Compound of draaideur (revolving door) + crimineel (criminal).

Pronunciation

  • IPA(key): /ˈdraːi̯.døːr.kri.miˌneːl/
  • (file)
  • Hyphenation: draai‧deur‧cri‧mi‧neel

Noun

draaideurcrimineel m (plural draaideurcriminelen, diminutive draaideurcrimineeltje n)

  1. repeat offender
    • 2015 November 24, "Tilburgse draaideurcrimineel voor twee jaar uit de roulatie", Brabants Dagblad.
      Een 31-jarige Tilburgse draaideurcrimineel kreeg dinsdag voor twee succesvolle en één mislukte diefstal de zogenaamde ISD-maatregel opgelegd. Met deze maatregel worden veelplegers voor twee jaar ingesloten.

See also

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.