eenarmige bandiet
Dutch
Etymology
Calque of English one-armed bandit.
Pronunciation
- IPA(key): /ˌeːn.ɑr.mə.ɣə bɑnˈdit/
Noun
eenarmige bandiet m (plural eenarmige bandieten)
- one-armed bandit (gambling machine operated by one lever) [from ca. 1949]
- 1949 November 1, "New-York kiest volgende week zijn burgemeester. Gangster op de achtergrond van de stembus", Provinciale Drentsche en Asser courant , Vol. 124, No. 256, page 2.
- Hij is thans de „hersens” van een netwerk van „fruitmachines” die gok-apparaten, die men hier „eenarmige bandieten” noemt.
- (please add an English translation of this quote)
- 1961 October 28, "N.Z.-Wales heeft 'n ‘gokregering’", Het vrije volk, Vrij, page 2.
- Groot is het aantal protesten van kerkgenootschappen, vrouwenverenigingen en sociale organisaties die de staat ervan beschuldigen indirect schuldig te zijn aan het aan lager wal raken van mensen, die zich hebben verslingerd aan de eenarmige bandiet.
- (please add an English translation of this quote)
- 1949 November 1, "New-York kiest volgende week zijn burgemeester. Gangster op de achtergrond van de stembus", Provinciale Drentsche en Asser courant , Vol. 124, No. 256, page 2.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.