vlieg
See also: Vlieg
Afrikaans
Pronunciation
- IPA(key): /fliχ/
Dutch
Pronunciation
- IPA(key): /vlix/
audio (file) - Hyphenation: vlieg
- Rhymes: -ix
Etymology 1
From Middle Dutch vliege.
Noun
vlieg f (plural vliegen, diminutive vliegje n)
- a fly
- Lief klein konijntje had een vliegje op zijn neus / en het zoemde heen en weer. (Henkie – Lief Klein Konijntje)
- Sweet little bunny had a little fly on its nose / and it buzzed to and fro.
- Lief klein konijntje had een vliegje op zijn neus / en het zoemde heen en weer. (Henkie – Lief Klein Konijntje)
Derived terms
Descendants
- Afrikaans: vlieg
Etymology 2
See the etymology of the main entry.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.