strekken
Néerlandais
Étymologie
- Étymologie manquante ou incomplète. Si vous la connaissez, vous pouvez l’ajouter en cliquant ici.
Verbe
strekken \Prononciation ?\ transitif ou intransitif
- (Transitif) Allonger, étendre, tendre.
- door het kammen wordt de wol tegelijkertijd gereinigd en gestrekt
- le peignage nettoie et tend la laine en une seule opération
- de benen strekken
- se dégourdir les jambes
- door het kammen wordt de wol tegelijkertijd gereinigd en gestrekt
- (Intransitif) S’étendre.
- zijn imperium strekt van Rome tot Byzantium
- son empire va de Rome à Bysance
- zijn imperium strekt van Rome tot Byzantium
- Servir (à).
- tot voorbeeld strekken
- servir d’exemple
- zij had goed begrepen waartoe deze vraag strekte
- elle avait bien compris où tendait cette question
- een daartoe strekkende motie
- une motion à cet effet
- dit gedrag strekt u tot eer
- cette conduite vous honore
- tot voorbeeld strekken
- Être suffisant
- zolang de voorraad strekt
- jusqu’à rupture de stock
- zolang de voorraad strekt
Synonymes
- allonger
- s’étendre
- servir à
- dienen tot
- être suffisant
- voldoende zijn
- toereikend zijn
Taux de reconnaissance
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 98,7 % des Flamands,
- 100,0 % des Néerlandais.
Prononciation
→ Prononciation manquante. (Ajouter)
- (Région à préciser) : écouter « strekken [Prononciation ?] »
Références
- Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]
Cet article est issu de Wiktionary. Le texte est sous licence Creative Commons - Attribution - Partage dans les Mêmes. Des conditions supplémentaires peuvent s'appliquer aux fichiers multimédias.