onderdompelen

Dutch

Etymology

From onder + dompelen.

Pronunciation

  • (file)
  • IPA(key): /ɔndərdɔmpələn/
  • Hyphenation: on‧der‧dom‧pe‧len

Verb

onderdompelen

  1. to immerse

Inflection

Inflection of onderdompelen (weak, separable)
infinitive onderdompelen
past singular dompelde onder
past participle ondergedompeld
infinitive onderdompelen
gerund onderdompelen n
main clause subordinate clause
present tense past tense present tense past tense
1st person singular dompel onderdompelde onderonderdompelonderdompelde
2nd person sing. (jij) dompelt onderdompelde onderonderdompeltonderdompelde
2nd person sing. (u) dompelt onderdompelde onderonderdompeltonderdompelde
2nd person sing. (gij) dompelt onderdompelde onderonderdompeltonderdompelde
3rd person singular dompelt onderdompelde onderonderdompeltonderdompelde
plural dompelen onderdompelden onderonderdompelenonderdompelden
subjunctive sing.1 dompele onderdompelde onderonderdompeleonderdompelde
subjunctive plur.1 dompelen onderdompelden onderonderdompelenonderdompelden
imperative sing. dompel onder
imperative plur.1 dompelt onder
participles onderdompelendondergedompeld
1) Archaic.

See also

Anagrams

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.