beschrijven

Néerlandais

Étymologie

Composé de la particule inséparable “be” et du verbe “schrijven”.

Verbe

Présent Prétérit
ik beschrijf beschreef
jij beschrijft
hij, zij, het beschrijft
wij beschrijven beschreven
jullie beschrijven
zij beschrijven
u beschrijft beschreef
Auxiliaire Participe présent Participe passé
hebben beschrijvend beschreven

beschrijven transitif

  1. Décrire, représenter.
  2. Longer, suivre.

Synonymes

  • gaan langs
  • schrijven op
  • volgen

Prononciation

  • Pays-Bas : écouter « beschrijven »
Cet article est issu de Wiktionary. Le texte est sous licence Creative Commons - Attribution - Partage dans les Mêmes. Des conditions supplémentaires peuvent s'appliquer aux fichiers multimédias.