onderhouden
Néerlandais
Étymologie
- Étymologie manquante ou incomplète. Si vous la connaissez, vous pouvez l’ajouter en cliquant ici.
=== Verbe 1 ===
Présent | Prétérit | |
---|---|---|
ik | onderhou | onderhield |
jij | onderhoudt | |
hij, zij, het | onderhoudt | |
wij | onderhouden | onderhielden |
jullie | onderhouden | |
zij | onderhouden | |
u | onderhoudt | onderhield |
Auxiliaire | Participe présent | Participe passé |
hebben | onderhoudend | onderhouden |
onderhóúden \Prononciation ?\ transitif ou pronominal
- Entretenir.
- de machine onderhouden
- entretenir la machine
- de machine onderhouden
- Entretenir, maintenir.
- kleine cadeautjes onderhouden de vriendschap
- les petits cadeaux entretiennent l’amitié
- kleine cadeautjes onderhouden de vriendschap
- Entretenir, nourrir.
- zijn gezin onderhouden
- nourrir sa famille
- zijn gezin onderhouden
- Divertir, amuser, entretenir.
- (Pronominal) S’entretenir.
- zich met iemand onderhouden
- s’entretenir avec quelqu’un
- zich met iemand onderhouden
Verbe 2
Présent | Prétérit | |
---|---|---|
ik | hou onder | hield onder |
jij | houdt onder | |
hij, zij, het | houdt onder | |
wij | houden onder | hielden onder |
jullie | houden onder | |
zij | houden onder | |
u | houdt onder | hield onder |
Auxiliaire | Participe présent | Participe passé |
hebben | houden onderd | ondergehouden |
ónderhouden \Prononciation ?\ transitif
Taux de reconnaissance
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 100,0 % des Flamands,
- 99,7 % des Néerlandais.
Prononciation
- Pays-Bas : écouter « onderhouden [Prononciation ?] »
Références
- Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]
Cet article est issu de Wiktionary. Le texte est sous licence Creative Commons - Attribution - Partage dans les Mêmes. Des conditions supplémentaires peuvent s'appliquer aux fichiers multimédias.