groot
Afrikaans
Adjectif
Forme | Positif | Comparatif | Superlatif |
---|---|---|---|
Forme prédicative | groot \Prononciation ?\ |
groter \Prononciation ?\ |
grootste \Prononciation ?\ |
Forme épithète | groot \Prononciation ?\ | ||
Forme partitive | groots \Prononciation ?\ |
groters \Prononciation ?\ |
— |
Formes substantivées | |||
Singulier | grote \Prononciation ?\ |
Pluriel | grotes \s\ |
groot \Prononciation ?\
- Grand.
- Die huis is groot.
- La maison est grande.
- Hy het 'n groot huis.
- Il a y une maison grande.
- Dit is iets groots.
- C'est quelque chose de grand.
- My huis is groter.
- Ma maison est plus grande.
- Het jy niks groters nie?
- Tu n'as rien de plus grand?
- Sy het die grootste huis.
- Elle a la plus grande maison
- Die huis is groot.
Prononciation
- Afrique du Sud (Johannesbourg) : écouter « groot »
Néerlandais
Adjectif
Forme | Positif | Comparatif | Superlatif |
---|---|---|---|
Forme indéclinée | groot | groter | grootst |
Forme déclinée | grote | grotere | grootste |
Forme partitive | groots | groters | — |
groot \ɣɾo:t\
- Grand, gros.
- een grote man
- un homme grand (de taille)
- grote vorderingen
- de gros progrès
- voor een groot deel
- en grande partie
- een groot gezelschap
- une compagnie nombreuse
- een groot gezin
- une famille nombreuse
- groot kaliber
- gros calibre
- bij mist groot licht
- en cas de brouillard, allumez vos phares
- de grote mensen
- les grandes personnes
- zij zijn even groot
- ils ont la même taille
- hij is 5 cm groter dan zij
- il a 5 cm de plus qu’elle
- het tekort is tien miljoen groot
- le déficit est de dix millions
- met grote moeite
- à grand-peine
- grote stappen nemen
- marcher à grands pas
- grote som
- grosse somme
- groot wild
- gros gibier
- (Figuré) <mbt. personen> dat wordt een hele grote
- il, elle ira loin
- (Figuré) met de grote jongens meedoen
- jouer dans la cour des grands
- groter gaan wonen
- s’agrandir (en changeant de logement)
- dat moet je groot zien
- il faut voir cela en grand
- Karel de Grote
- Charlemagne
- in het groot handel drijven
- être dans le commerce de gros
- hij doet alles in het groot
- il fait tout en grand
- wat ben jij groot geworden!
- comme tu as grandi !
- een grote man
- Vaste, grand.
- een grote zaal
- une vaste salle
- een grote zaal
- Admirable, grand.
- hij was een groot man
- c’était un grand homme
- hij was een groot man
- Puissant, important, grand.
- Adulte, grand.
- grote mensen en kinderen
- les grandes personnes et les enfants
- grote mensen en kinderen
- (Économie) Fort (en parlant d’une hausse ou d’une baisse baisse), considérable.
- een grote stijging van de koersen
- une forte hausse des cours
- een grote stijging van de koersen
- (Musique) Majeur (tonalité)
- in D groot
- en ré majeur
- in D groot
Synonymes
- grand, gros
- vaste
- admirable
- puissant
- adulte
- fort
Antonymes
Dérivés
- A-groot
- A grote terts
- A-grootakkoord
- Aïs-groot
- Aïs grote terts
- As-groot
- As grote terts
- Ases-grootakkoord
- B-groot
- B grote terts
- Bes-groot
- Bes grote terts
- Beses-grootakkoord
- Bis-groot
- Bis grote terts
- begroten
- C-groot
- C grote terts
- Ces grote terts
- Ces-grootakkoord
- Cis-groot
- Cis grote terts
- D-groot
- D grote terts
- Des-groot
- Des grote terts
- Deses-grootakkoord
- Dis-groot
- Dis grote terts
- E-groot
- E grote terts
- Eïs-groot
- Eïs grote terts
- Es-groot
- Es grote terts
- Eses-grootakkoord
- F-groot
- F grote terts
- Fes grote terts
- Fes-grootakkoord
- Fis-groot
- Fis grote terts
- G-groot
- G grote terts
- Ges-groot
- Ges grote terts
- Gis-groot
- Gis grote terts
- Groot-Brittannië
- Groot Kapitaal
- groot kaasjeskruid
- grootaandeelhouder
- grootachtbaar
- grootadmiraal
- grootakkoord
- grootayatollah
- grootbedrijf
- grootbeeld
- grootbek
- grootbloemig
- grootboek
- grootbrengen
- grootburger
- grootcirkel
- grootcirkelroute
- grootcommandeur
- grootdeels
- grootdoen
- grootdoener
- grootedelachtbaar
- grootfamilie
- grootgebracht
- grootgrondbezit
- grootgrondbezitter
- grootgrutter
- groothandel
- groothandelaar
- groothandelsprijs
- groothans
- groothartig
- grootheid
- groothertog
- groothertogelijk
- groothertogin
- groothoek
- groothoeklens
- groothoofd
- groothouden
- groothout
- grootindustrie
- grootindustrieel
- grootkanselier
- grootkapitaal
- grootkeuken
- grootknecht
- grootkruis
- grootlicht
- grootlint
- grootloge
- grootluik
- grootmacht
- grootmajoor
- grootmaken
- grootmaking
- grootmama
- grootmediaan
- grootmeester
- grootmeesteres
- grootmeesterschap
- grootmetaal
- grootmoeder
- grootmoederlijk
- grootmoederschap
- grootmoedig
- grootmoefti
- grootmogend
- grootmogol
- grootoctaaf
- grootofficier
- grootogig
- grootoog
- grootoom
- grootoor
- grootoosten
- grootouder
- grootouderlijk
- grootpa
- grootpapa
- grootsaard
- grootschalig
- grootscheeps
- grootschild
- grootschoot
- grootschrift
- grootseminarie
- grootseptiemakkoord
- grootspant
- grootsplit
- grootspraak
- grootsprakerig
- grootspreken
- grootstad
- grootstag
- grootstedelijk
- grootsteeds
- groottante
- grootvader
- grootvee
- grootverbruik
- grootverbruiker
- grootverdiener
- grootverpakking
- grootvizier
- grootvleugelig
- grootvorst
- grootvorstendom
- grootvorstin
- grootvuil
- grootwaardigheidsbekleder
- grootwarenhuis
- grootwaterschap
- grootwerker
- grootwinkelbedrijf
- grootzegel
- grootzeil
- Grote Beer
- grote bonte specht
- grote burgemeester
- grote hersenen
- grote ijsvogelvlinder
- grote jager
- grote klaproos
- grote mantelmeeuw
- Grote Meren
- grote muggenorchis
- Grote Oceaan
- grote pimpernel
- grote poolwalvis
- grote stern
- grote terts
- Grote Victoriawoestijn
- Grote Zandwoestijn
- grote zee-eend
- grotelijks
- grotendeels
- handgroot
- hemelsgroot
- levensgroot
- middelgroot
- overgroot
- paginagroot
- reuzegroot
- vergroten
- vuistgroot
Synonymes
- ruim
- ruimschoots
- in hoge mate
- royaal
- aanzienlijk
- aanmerkelijk
Antonymes
Nom commun
Nombre | Singulier | Pluriel |
---|---|---|
Nom | groot | groten |
Diminutif | grootje | grootjed |
groot \Prononciation ?\ masculin
- (Numismatique) Groschen (pièce de monnaie italienne jusqu’en 1496 utilisée en Flandre)
Prononciation
Voir aussi
- groot sur l’encyclopédie Wikipédia (en néerlandais)
Références
- Cet article utilise des informations de l’article du Wiktionnaire en néerlandais, sous licence CC-BY-SA-3.0 : groot.
Cet article est issu de Wiktionary. Le texte est sous licence Creative Commons - Attribution - Partage dans les Mêmes. Des conditions supplémentaires peuvent s'appliquer aux fichiers multimédias.